Toen de eerste 3D film Avatar eind 2009 uitkwam, was dit een groot succes. Daarom leek het televisiemakers een goed idee om deze ervaring ook voor binnen huis aan te bieden.

In 2010 begonnen veel tv-makers zoals LG en Sony met het verkopen van 3D televisies.

Of een tv over de 3D-functie beschikte, bleek voor consumenten geen cruciale factor bij het uitzoeken van een nieuwe televisie. Men vond onder andere schermgrootte en beeldkwaliteit veel belangrijker. Ook gebruikten de mensen die wel voor een 3D-tv kozen de functie maar weinig. Sinds 2012 werden er elk jaar minder 3D-tv’s verkocht. Het percentage 3D-tv’s van het totaal aantal verkochte tv’s was namelijk 23 procent in 2012, 16 procent in 2015 en maar 8 procent in 2016. De Blu-ray spelers die geschikt waren voor 3D ondergingen hetzelfde lot. In 2017 stopten de laatste televisiemakers met het ondersteunen van de 3D functie, in de jaren ervoor hebben al veel andere bedrijven dezelfde keuze gemaakt.