De overheid voerde op 1 juli 2021 vijftien eurocent statiegeld in op kleine plastic flesjes en vanaf 31 december 2022 gold hetzelfde bedrag aan statiegeld op blikjes. Het doel was om meer te recyclen en het straatbeeld te verbeteren. Op deze manier zou men namelijk hopelijk minder blikjes en flesjes op straat gooien en deze inleveren voor recycling. Het gaat om miljarden blikjes en flesjes per jaar.

Er werden inleverpunten neergezet bij supermarkten. Het minimumaantal punten werd gesteld op 5000. Er werd als doel gesteld om 90% van de statiegeld items ingeleverd te zien worden.

Helaas wordt slechts 71% van de statiegeld items ingeleverd. Dit is grotendeels te wijten aan het tekort aan inleverpunten. In sommige andere landen kun je bij elk verkooppunt inleveren, in Nederland dus alleen in de supermarkt. Hierdoor moeten mensen hun blikje of flesje de hele dag bij zich dragen, hier haken veel mensen af en gooien hun blikje of flesje in de vuilnisbak. Een vervelend gevolg hiervan is dat blikjes zoekers vuilniszakken openscheuren om blikjes te vinden om in te leveren. Dit zorgt voor meer rommel op straat, het tegenovergestelde van wat men wilde bereiken met de invoering van statiegeld. De overheid wil dit probleem oplossen door het statiegeld te verhogen naar vijftig cent. Het bedrijf achter het statiegeldsysteem, Verpact, ziet dit echter niet zitten.